Mijn slechtste boeken van 2023

Traditiegetrouw deel ik in deze van twinkelende lichtjes en dampende glühwein overgoten tijd van het jaar een lijstje met alle boeken die ik heb gelezen, plus korte review en mijn bijhorend aantal sterren op Goodreads. (Alwaar u altijd welkom bent om mij te befrienden, trouwens.) Wie er geen genoeg van krijgt, kan ook mijn lijstjes van 2017, 2018, 2019, 2020, 2021 en 2022 nog eens raadplegen.

In het jaar 1 n.C (na Charlie) legde ik de lat in m’n Goodreads Challenge op 20 boeken, maar wonderwel geraakte ik zelfs aan 27 exemplaren. Het bewijst maar weer eens wat voor deugd ik heb van lezen – hoe chaotischer m’n leven en hoofd, hoe meer behoefte ik heb aan een boek. Van die 27 boeken gaf ik er vier ook evenveel sterren op Goodreads – en eentje zelfs de volle vijf, dus het was zeker geen slecht leesjaar, al gaf ik er ook een hoop twee sterren. Bij deze gaan we van start met de losers van het jaar, want waarom niet!

(Omdat ik de meeste boeken drie sterren heb gegeven, heb ik ze verdeeld over dit lijstje en dat met de aanraders. Een beetje op gevoel, dus dit zijn zeg maar de ‘minste’ driesterrentitels. Of zo. Ik weet het ook allemaal niet.)

Allons-y!

***

Roze wolken & tequila (wat mama worden écht met je doet) – Nathalie Berghmans

Deze kreeg ik cadeau van een Book Bitch (een term die beledigender klinkt dan het is, namelijk een medeboekenclublid) in de laatste maand december v.C. Als ik dit een EXTREEM roze boek noem dan overdrijf ik for once in my life eens niet schromelijk, want behalve de kaft is zelfs de tekst binnenin fluoroze. Er zijn ook veel glitters. En er staat een foto van een barbiepop op de cover. Enfin, je snapt volledig waarom er spontaan aan mij werd gedacht bij dit stukje literatuur. Ik heb Roze wolken & tequila bijna helemaal uitgelezen tijdens de treinrit van Antwerpen naar het exotische Kortrijk, dus het las zeker erg vlot, maar omdat ik van het vrij neurotische voorbereidende type ben stond er niet zo heel veel in dat ik op dat moment nog niet wist. Wel heel chill geschreven – geen moedermaffia-stijl, zeg maar – en daarom alleen al geef ik deze een solide drie sterren. Ik zou ‘m ook zeker cadeau doen aan aanstaande mama’s (die minder neurotisch zijn)!

The Book of Cold Cases – Simone St. James

Deze was een stuk paranormaler dan ik had verwacht, gezien de premisse over een truecrimeblogger, en dat moet wel je ding zijn. (Is het doorgaans niet van mij, behalve als Stephen King het heeft geschreven, want die mens kan mij werkelijk alles wijsmaken.) Ondanks de gekke geestentwist bleef ik wel steeds lezen en was ik ook nieuwsgierig naar de ontknoping, dus op zich was het een prima boek. The Book of Cold Cases draait voornamelijk om een creepy mansion waar ooit een moord werd gepleegd, de minstens even creepy bewoonster en een truecrimeblogger die – uiteraard – stumbles upon the mystery en het uiteindelijk allemaal ontrafelt. Zeer fijn geschreven, met geloofwaardige en vrij aangename personages, maar ja, ook met geesten en daardoor een nogal lichtvoetige en simpele plot. (Met geesten kan je nu eenmaal alles uitleggen en dat vind ik dan ook wel weer lazy writing.) Drie sterren, meer noch minder moet dat niet zijn.

A Therapeutic Journey – Alain de Botton

Ik weet dat deze man een fanbase van volwassen vrouwmensen heeft van hier tot in Tokio, vooral in bloggerskringen, dus laat me vooral benadrukken dat 1) ik A Therapeutic Journey zeer fijn geschreven vond voor een toch wel zwaarwichtig boek over therapie enzovoorts, en 2) Alain mij een aimabele kerel lijkt, ook al is hij (denk ik?) Frans. En kijk, ik vind het heel sympathiek om in een boek over hoe therapie kan helpen bij moeilijke periodes te lezen dat Alain mij begrijpt en dat het oké is om me sucky te voelen en alles, maar ik vind het dan ook weer niet echt nodig om elke vijf botten te lezen dat ik mezelf dus wel van kant zal willen maken (?). Het godganse boek is geschreven vanuit het perspectief van een begripvolle nonkel die je wil helpen, which is nice and all that, alleen gaat die er ook constant van uit dat je jezelf haat en graag dood wil. En euh… nee. Nee, Alain. Drie sterren.

Holly – Stephen King

Dat ik de nieuwste King zou lezen, dat stond vast, maar dat ik het slechts drie sterren zou geven, was een beetje een verrassing. Het zal deels wel liggen aan het feit dat ik niet zo’n fetisj voor het personage Holly Gibson heb als haar schepper. Maar evenzeer begin zelfs ik me te ergeren aan de hardnekkige neiging van King om in z’n recente boeken steeds tot in den treure zijn eigen politieke (wereld)visie uit te smeren. I mean, ik ben het op vrijwel elk punt met ‘m eens, maar dit is FICTIE. En geen politiek pamflet. En het ligt er steevast zo driedubbeldik bovenop dat elke rant of sneer richting Trump/racisten/seksisten/idioten in het algemeen me uit de leeservaring van Holly rukte, which was annoying. Plotgewijs vond ik dit wel een leuk boek, zelfs al wordt er vrij snel weggegeven wie er achter de mysterieuze verdwijningen van ogenschijnlijk willekeurige mensen zit – dat is zó’n interessante verhaallijn dat het echt niet erg is. Kortom: een dubbel gevoel.

Who Is Maud Dixon? – Alexandra Andrews

Goeie vraag, dacht ik toen ik deze in m’n Goodreads-lijstje terugzag, want ik kon me werkelijk niets meer herinneren van dit boek. Gek, want ik vond dit best een goed boek. Helaas kon ik de plot al snel van begin tot einde voorspellen, wat het leesplezier enigszins vergalde, en misschien verklaart waarom ik Wie is Maud Dixon? al snel uit mijn geheugen heb verbannen. Maar dat ligt ongetwijfeld meer aan mij dan aan het boek: ik lees en kijk zo veel moordmysteries dat ik het steevast ver ga zoeken en daarmee de clou voor mezelf verpest. Ik meen me ook te herinneren dat mijn medeboekenclubleden er minder last van hadden. Het einde vonden we wel allemaal nogal makkelijk en meh, maar overall: een fijn tussendoortje.

**

The Ballad of Songbirds and Snakes – Suzanne Collins

Ik heb The Hunger Games (nogal sneu vertaald als De hongerspelen) een jaar of vijftien (klopt dat? Kan dat kloppen? Ben ik zo oud? Ik vrees het wel, ja.) gelezen en vond het toen een hoogst amusante reeks, zeker omdat ik destijds literatuurwetenschap studeerde in Amsterdam en daardoor m’n bak al vol genoeg had met de Hemingways en Luceberten van deze wereld. (Fuck nee, Lucebert, laat me voor de rest van m’n leven met rust, jong.) Ik was dan ook aangenaam verrast toen ik enkele maanden geleden toevallig zag dat er een prequel was verschenen, maar oh boy: soms moet je een winning team echt niet willen veranderen. Of een geldkoe verder uitmelken.

Dit hele boek ging nergens over. De ballade van slangen en zangvogels (serieus, de titel alleen al, what the fuck?) is bedoeld als de origin story van de villain uit de originele trilogie, maar legt exact niks uit. We maken kennis met de jonge Coriolanus Snow: een op zich nog vrij vriendelijke, verlegen, empathische jongen die ondanks een serieus ongezonde honger naar succes en faam zich voor het grootste deel van het boek best wel oké gedraagt. En op het einde ineens niet meer. Hij is geen geboren sociopaat en is niet ongevoelig voor de wreedheden van de Hunger Games, maar stelt zich er soms zelfs vrij kritisch over op. En op het einde ineens niet meer. De omstandigheden die zijn volledige 180-graden-transformatie zouden moeten verklaren, vond ik allesbehalve voldoende of zelfs geloofwaardig.

Verder vond ik dit best een saai boek? Zeker in het begin gaat Coriolanus van vergadering naar les naar huis naar vergadering naar bijeenkomst en tussendoor zaagt hij een pakske over alle cabbage soup die hij moet eten thuis want boehoe wij zijn arm en we verdienen beter en uuuuuuugh get to the fucking point already? Geen enkel personage boeide me echt, laat staan dat ik met hen meeleefde. Zelfs Snow interesseerde me al bij al niet zo gek veel.

Twee positieve punten, wel. Ten eerste: de onverwachte twist ergens halverwege het boek. Je denkt dat Snow na z’n succes tijdens de Hunger Games meteen doorgroeit naar de hogere regionen van het Capitol en zo evil en twisted zal worden, maar eigenlijk gebeurt het omgekeerde. Had ik niet zien aankomen. Ten tweede: het was boeiend om te zien hoe en waarom bepaalde aspecten van de Hunger Games tot stand zijn gekomen.

Maar in het algemeen verwacht ik véél meer diepgang in een origin story – zeker van een kwaadaardigheid van dat kaliber.

Zero Days – Ruth Ware

Ik weet niet wat ik nog kan zeggen over Ruth dat ik niet al in elk boekenoverzicht hiervoor heb gezegd: ze is mijn guilty pleasure maar man toch, het kind is duidelijk over haar hoogtepunt heen. Normaal gezien geniet ik van haar boeken, met een flinke occasionele oogrol tussendoor, maar dit vond ik écht een mager boekje. Het is zo meh dat ze er met Ren, Jack, ren voor de Nederlandse vertaling zelfs voor een compleet andere titel hebben gekozen in een halfslachtige poging om het interessant te doen lijken.

Ik had al na een paar tiental pagina’s door hoe de vork in de steel zat, ZO OVERDUIDELIJK werden de clues me in het gezicht geduwd. Deze keer vond ik geen enkel personage interessant – terwijl Ruth daar doorgaans wél goed in is – en dit soort oei-ik-moet-verborgen-blijven-voor-de-politie-tot-ik-mijn-onschuld-kan-bewijzen-verhaaltjes zijn inmiddels al zo tot in den treure uitgekauwd in honderd en een dozijn actiefilms en thrillerboekjes dat je het écht niet meer tof en verrassend kan maken – zelfs als je naam Ruth Ware is. Geeuw.

Going Gently – David Nobbs

Ik heb letterlijk geen flauw idee meer waar dit boek over gaat, laat staan dat ik me überhaupt kan herinneren dat ik het ooit heb gelezen? Maar Goodreads zegt van wel: tijdens de kraamweken, oftewel baby brain still kicking in.

Ik vond het sowieso geen bijster boeiend boek, hence de twee sterren, maar wat ik me ervan kan herinneren is ook gewoon tenenkrullend: vrouw gaat van relatie naar relatie, krijgt overal kinderen, wordt door alles en iedereen bewonderd en begeerd ook al snap je als lezer van geen kanten waarom want zo intelligent of grappig is ze eerlijk gezegd niet, ze zaagt een heel eind weg over alles waar ze zogezegd recht op heeft omdat ze zo geweldig speciaal en uitzonderlijk is (hoe dan?), en op het einde gaat ze dood. Denk ik. Ik weet het eerlijk gezegd niet meer, maar het was wel die premisse die me aanvankelijk aantrok in Going Gently: we vertrekken vanuit het perspectief van het 99-jarige hoofdpersonage die na een beroerte in coma ligt. Ze overloopt haar leven in haar hoofd, wat het geheel een beetje op The Seven Husbands of Evelyn Hugo doet lijken, maar dan saaier geschreven.

A Slow Fire Burning – Paula Hawkins

Paula toch. Ooit eens een bestseller geschreven met een redelijke plot, en sindsdien is het niet for lack of trying, vrouwmens, ik weet het. Maar nee. Gewoon nee.

Maybe You Should Talk To Someone – Lori Gottlieb

Lori Gottlieb is een psychologe die zowel haar eigen scheidingsverhaal plus daaropvolgende therapiesessies heeft beschreven, als het therapietraject van enkele cliënten. Het boek (vertaald als Misschien moet je eens met iemand praten?) is een stuk minder zwaar dan dat van onze Alain (en ze gaat er, heel sympathiek, ook niet zomaar van uit dat je het wellicht leest omdat je jezelf hartstochtelijk haat) en is met een flinke dosis humor beschreven, wat ik ten zeerste apprecieer.

Alleen had ik bij heel wat gesprekken met cliënten in dit boek moeite om te geloven dat ze echt zo gebeurd zijn. I mean, dat ze niet ad verbatim kan opschrijven wat er is gezegd en het dus allemaal een beetje embellished is – tuurlijk. Maar het kwam allemaal steeds wel heel goed uit, dramatisch gezien, en hun doorbraken waren allemaal vrij *spectaculair* en resulteerden stuk voor stuk in fantastisch positieve wendingen in hun leven, en I don’t know bro: ik vind dat verdacht. Na een tijdje vond ik het allemaal ook wat langdradig worden en werd het wat te wollig en melodramatisch naar mijn gevoel. Ik herinner me dat ik me over de helft van het boek wel een beetje moest verplichten om verder te lezen, en op het einde had ik niet per se het idee dat ’t dat ook waard was.

The Flatshare – Beth O’Leary

Ik dacht dat hier iemand in ging vermoord worden. Ik dacht verkeerd. Bleek een romantisch verhaaltje te zijn. Ik ben daar niet zo van, maar de personages waren nog wel oké en ik haatte het verhaal niet, dus voila: ik heb het uitgelezen. Als je van luchtige romcom-verhalen met wat humor houdt (en van die o zo quirky vrouwelijke hoofdpersonages en rare verlegen mannelijke hoofdpersonages, want zo cliché is The Flatshare wel degelijk), dan is dit je boek. Go nuts!

The Hunting Party – Lucy Foley

‘For fans of Ruth Ware and Tana French’ staat er op de achterflap van De jachtpartij maar goh, ja, ondanks dat ik ons Ruth naar jaarlijkse gewoonte ook niet onder sterren bedelf weet ze me wél altijd enorm te entertainen en zelfs af en toe goed te verrassen. (Enfin ja, behalve dit jaar dan.) Dit typische Agatha Christie-achtige verhaal van een groep mensen die op een geïsoleerde locatie gaan jagen en dan – tiens! – met een moord geconfronteerd worden, vond ik zeer ongeïnspireerd, enorm voorspelbaar, niet bijzonder goed geschreven en gevuld met onsympathieke personages die allemaal de ene na de andere debiele beslissing nemen. De clues en red herrings werden zó opvallend in het rond gestrooid dat ik al ruim voor de helft van het boek exact wist hoe de vork in de steel zat. Meh.

De Volksjury 2 – Laura Scheerlinck & Silke Vandenbroeck

Het eerste boek werd me toegestuurd door de uitgeverij, dit vervolg ook. Gelukkig. Ik weet al dat ik niet de doelgroep ben: ik verslind true crime en heb criminologie gestudeerd, dus ik ken de meeste cases al en de basic dingen die ze over forensisch en politieonderzoek vertellen, wist ik ook al. Daar moet ik dus niet over zagen, want het is de reden dat ik het boek zelf nooit zou kopen. Desalniettemin: ik weet dat deze twee razend populair zijn en dit tweede boek dus wellicht langverwacht en zwaar gehyped was, maar hier moet toch echt eens een deftige eindredacteur op gezet worden, hoor. Zelfs basic shit als typfouten is niet aangepakt in De Volksjury 2. Er komt veel krom Nederlands, Vlaamse spreektaal en slecht Engels in voor. Daarnaast vind ik hen ook gewoon niet grappig (sorry aan de fans).

Het is dat ik er zelf geen geld voor heb neergeteld. (Integendeel: nog een mooie veertien euro voor gekregen van ene Wesley via Books in Belgium. Bedankt, Wesley!)

—–

(Hopelijk) binnenkort: deel twee, met mijn aanraders a.k.a. beste boeken van 2023!

2 thoughts on “Mijn slechtste boeken van 2023

  1. Amai ja, ik zag onlangs ‘The Ballad of Songbirds and Snakes’ en na maar liefst TWEE UUR EN VEERTIG MINUTEN dacht ik ook: euh, maar ben ik nu achterlijk of snap ik nog altijd niet waarom Snow Snow is geworden? Toen wou ik het boek lezen, maar die moeite kan ik me precies ook besparen haha. Ik vond dat tweede boek van Paula Hawkins al betreurenswaardig, sindsdien nooit meer iets van gelezen. ‘The No-Show’ van Beth O’Leary vond ik leuk, en voor de rest vind ik het zo’n beetje romcom maar een béétje beter geschreven dan de meeste van die boeken, al is haar laatste boek ook wel echt een beetje een miskleun. En ja, ik vind ‘de volksjury’ bij momenten dus wel grappig, alleen vind ik het niet zo tof dat zij dat overduidelijk ook vinden.

    1. Het ergste is dat ik na een teleurstellend boek vaak op Goodreads ga kijken of er mensen mijn exacte mening delen (en dan is het genieten if they do) , en ondanks dat véél mensen het een matig/slecht en ronduit saai boek vonden, zei NIEMAND hier iets over?! Maar? Ik snap het echt nog altijd niet? Dus bedankt voor de bevestiging, much appreciated.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *